In het kleine dorpje Cliousclat staat de pottenbakfabriek centraal. Als je het dorpje in rijdt dan kan je hem niet missen. Achter de fabriek is een parkeerplaatsje. De productie was sinds eind 2013 gestopt maar is in 2021 weer op gang gekomen enje kan het weer bezoeken.
Er worden ook wel rondleidingen gegeven, maar die zijn in het Frans. Ik heb een rondleiding meegemaakt van Pierre Béziat, een man met hart voor zijn vak, die van 1959 tot 1977 in de fabriek heeft gewerkt. Hieronder zijn verhaal over de fabriek dat je bij een bezoek kunt gebruiken.
In 1850 waren 250 mensen aan het werk in en rond de fabriek. Veelal boeren die naast het bewerken van het land een gedeelte van hun inkomen uit het pottenbakken verwierven. Of door zelf potten te maken, hetzij door het hout te kappen voor de 8 enorme houtovens van het dorp. Dat deze industrie zich rond Cliousclat kon ontwikkelen komt met name door de heuvels vol klei rond het dorp. Als de eerste 50cm grond is afgegraven komt er een mooie laag klei tevoorschijn van wel 40 tot 60m diep. De golven in de heuvels geven aan waar er gegraven werd. Inmiddels zijn de heuvels weer helemaal begroeid.
Er werden met name potten gefabriceerd om conserven in te bewaren en tussen de beide wereldoorlogen ook om de melk te bewaren. Het was dus een echt gebruiksvoorwerp. Pas later werden de potten steeds mooier gemaakt en vandaag de dag zijn het ware kunstvoorwerpen.
Dat 2013 de productie gestopt is, komt met name door de slechte economie. De potten zijn duur en ook al zouden we graag zo’n mooie pot of kan thuis willen hebben, we vinden het moeilijk om er een forse prijs voor te betalen. Daar komt nog mij dat jongeren wel geïnteresseerd zijn in het vak, maar meer de kunstzinnige kant. Daardoor zijn het meer kuntsvoorwerpen geworden dan gebruiksvoorwerpen, hetgeen de prijs verder omhoog stuwt.
Als je voor de voordeur van de fabriek staat, zie je links een luik. Door dat luik werd de klei in de voorraadkamer opgeslagen. Tot 1990werd al het werk met de hand verricht. Als de klei uit de heuvels kwam, dan werd die eerste gewassen. Dat gebeurde op de was- en droogplaats die je links achter je ziet (als je voor de deur van de fabriek staat). Daar zie je nog resten van de ronde wasbak. De klei kwam in droge stukken aan (lijken stenen) en werd in het water gegooid. Daar loste het op. De steentjes en takjes werden dan zoveel mogelijk verwijderd. Vervolgens zakte de klei door een zeef en werd via een kanaaltje naar de droogbak geleid die er naast ligt (lage grote vierkante bakken). Het vullen van een bak duurde ongeveer een week. De klei lag hier in lagen van ongeveer 20 à 25cm dik op een flinterdun laagje zand. Er werden lijnen ingetrokken en als de klei droog genoeg was (na ongeveer een week), werden de vierkante stukken via een bak op een rails (je kan nog stukken rails zien liggen) naar de fabriek gebracht en dus via het luik naast de deur naar binnen gebracht.
Vervolgens gingen de pottenbakkers aan de slag met de klei. Een pot werd op de draaitafel gemaakt en moest vervolgens een dag drogen. De volgende dag werd het handvat er opgezet en moest hij weer een dag drogen. Vervolgens werd er een klein laagje vloeibare klei overheen gedaan en de pot gedecoreerd. Nu moest de pot nog circa twee dagen drogen alvorens hij de oven in ging. Een pot wordt in twee keer gebakken. Na de eerste bakronde wordt hij geëmailleerd en weer gebakken waarna de kleur er mooi opkomt.
Het bakken gebeurde in één van de stenen houtovens van het dorp. Vandaag de dag bestaat alleen nog de oude bakoven in de fabriek, maar die is niet meer in gebruik. De oven bevindt zich aan het eind van het fabriekje (Als je bij de voordeur het gangetje door bent dan is het links helemaal aan het eind van het gebouw). Je ziet van buitenaf de plaats van de oven door de drie schoorstenen die er bovenop zitten. De oven is buitengewoon indrukwekkend, dus bezoek deze zeker. Als je in de oven kijkt, dan zie je halverwege een afgebroken muurtje . De grote ruimte achter het muurtje werd volgezet met potten, evenals de etage er boven. In totaal is de bakruimte 20m2 en kan 2.400 stuks bevatten. Het volzetten van de oven duurde ongeveer een week omdat de klei gevoelig is en de potten elkaar niet mogen raken. Het was dus een secuur werkje. Als alle potten er in staan, werd het muurtje met stenen opgebouw tot ongeveer 20cm van het plafond. Ervoor werd een vuur gestookt. Het vuur en de rook gingen dan over de muur de oven in en door gaten naar de bovenste etage om vervolgens via de drie schoorstenen de oven weer te verlaten. Omdat de hele oven ongeveer dezelfde temperatuur van 980° moest hebben, werd dit dus aan echt vaklui overgelaten. De oven bakte ongeveer 17 à 18 uur. Vervolgens moest hij 2 dagen afkoelen en in 1 dag werden de potten er weer uit gehaald. Daarbij was het van belang dat de temperatuur tussen de oven en buiten niet te groot was, anders zouden er barsten in het glazuur komen. Het totale bakproces werd door vier personen uitgevoerd. En dat dus bij 8 ovens in het hele dorp. Er was dus een enorme productie.
De fabriek is vier jaar geleden door de gemeente aangekocht en is dus nu weer open. Er is een pottenbakker aangewezen die de fabriek beheert en weer werkt met de klei uit de omgeving.
Bekijk het artikel over Mirmande voor wat er ng meer te zien is in de buurt.
Beste Renske, Leuk dat je je vraag stelt op dit blog. Waarschijnlijk heb je de uitzending gezien van Campinglife en heb je gehoord dat er pottenbakcursussen worden gegeven. Dat klopt niet helemaal. Het fabriekje is gekocht door de gemeente en er is een project gestart om het weer in gebruik te nemen en er cursussen te gaan geven in de toekomst. Maar dat is voor 2016 nog niet mogelijk. Als je het prima vindt dat de cursus in het Frans wordt gegeven, dan zou je contact kunnen opnemen met pottenbakkers in Dieulefit. Het Office du Tourisme aldaar heeft een lijst met adressen. Vriendelijke groetjes, Sabine
Is het mogelijk een workshop hier te volgen in oktober? Met vr..gr. Renske Bos